Junkieverdriet

De dichter Jotie T' Hooft stierf als mooie jonge literaire god toen hij eenentwintig jaar was. Hij was drugverslaafd en pleegde zelfmoord. In mijn jonge tijd stond het hip en 'alternatief' te dwepen met de gedichten van Jotie T' Hooft. Op mij hebben ze als zodanig nooit zoveel aantrekkingskracht gehad. Jotie T' Hooft als tragische figuur des te meer. Alles aan die jongen was zwart. Hij liep geheel in het zwart gekleed. Op zijn schrijftafel stond een echt doodshoofd. De binnenmuren van zijn huis waren in het zwart geschilderd en de purperen overgordijnen waren steeds gesloten. Wat mij aantrok aan Jotie T' Hooft waren zijn dood en de kleur waarin hij zich hulde, geenszins zijn literaire werk.
De Engelse dichter Chatterton is wereldberoemd geworden om zijn romantische zelfmoord. Hij werd achttien. Rondom zijn doodsbed vond men de zelf verscheurde snippers van zijn literaire werk. Enkele gedichten uit zijn prille oeuvre zijn bewaard gebleven en getuigen van regelrechte bombastisch trompetgeschal zo eigen aan de jeugdige adrenaline. Toch heeft zijn dood de gehele achttiende eeuwse romantische beweging op sleeptouw genomen.

Dood, verderf en verval. Drie grote thema's die op mij om onverklaarbare redenen reeds heel mijn leven een onweerstaanbare aantrekkingskracht uitoefenen. Alles wat mij lief is in de kunstgeschiedenis heeft zijn wortels in de dood. Ik wil al jaren naar Madrid. En in Madrid wil ik eigenlijk alleen maar naar het Prado en in het Prado wil ik eigenlijk alleen maar naar Vélasquez, en Vélasquez dat is de dood, de waanzin, de onzin, de afschuw en de lelijkheid, maar zo pijnlijk intens dat zijn kunst een onwaarschijnlijke schoonheid onthult. Vélasquez was een eenzaam man. Hij is daar ook aan gestorven, aan eenzaamheid. Kierewiet gestorven. Knettergek.
Francis Bacon. Zelfde verhaal: ode aan de lelijkheid en het verval. Maar dan een lelijkheid van een niveau zo eenzaam hoog dat je er toch heel even stil van wordt. Ook een slag van de molen hoor, die Bacon. Zoop ook nogal veel. Meer dan goed voor hem was. Gold ook voor Vélasquez èn voor T' Hooft. Nu we het toch over zuipen hebben: Dylan Thomas! Doodgezopen op jonge leeftijd, maar begenadigd dichter en romancier uit Wales. Beroemd geworden met 'Undermilkwood', een monoloog ooit nog vertaald in het Nederlands door Hugo Claus. Ooit heb ik het wereldrecord kippenvel gebroken toen ik voor het eerst een cassette hoorde met de opname van de tekst van 'Undermilkwood' met de stem van de onvolprezen Richard Burton. Ook met de fles in zijn graf gedonderd, die Burton.
Michelangelo! Zoop zich te pletter. Had geen rooie duit. De schepping van de mens, daar bovenaan het plafond van de Sixtijnse kapel? Ja, mijn oog ook! God laat hem wel goed los, hé. Hij laat hem gaan. Adam en God, beiden met de arm lang uitgerekt naar elkaar toe, de vingers nog zo lang mogelijk gerekt, maar ze kunnen elkaar niet meer raken. Integendeel, het lijkt wel alsof ze uit elkaar worden gedreven om nooit meer samen te komen. Dit beeld illustreert voor mij hoe het van dan af, sedert de renaissance dus, niet meer goed gekomen is tussen God en de mens. Altijd verder uit elkaar gedreven. Rond die periode schrijft Dante 'De Goddelijke komedie', en wat onthoud ik daaruit? Jawel, de afdaling naar de hel. Alsof het daar pas interessant wordt voor de arme Dante (dronk geen lek) en hij alle registers opentrekt. Boccaccio was daar ook in die periode en schreef de 'Decamerone'. Fantastisch werk over het totale verval waaraan een aantal mensen zich overgeven nadat Firenze is ten prooi gevallen aan de pest. Het einde der tijden is nabij en dat wacht men af door elkaar elke dag tien andere erotische, decadente of burleske verhalen te vertellen.

Wat trekt mij toch zo aan in verval? Een vorm van universele waarheid die erin verborgen (?) ligt? Op mijn achttiende trok ik met fiets en tentje naar Engeland van ruïne naar ruïne en vond dat prachtig. Als je goed luistert naar 'The End' van The Doors dan is dat toch waanzinnig mooi? Schoonheid en waanzin: twee synoniemen? Het is maar een stapje van 'The End' naar 'Apocalypse now!' dat andere grimmige meesterwerk van Copolla. De muziek van The Doors opent trouwens de film op magistrale wijze, een niet mis te verstane boodschap voor wat nog komen moet. Het is een kettingreactie hoor. Francis Copolla heeft de mosterd dan weer bij Joseph Conrad gehaald die al honderd jaar eerder 'Heart of Darkness' had geschreven: bij wijze van een boottocht naar het diepste van het oerwoud jezelf en je waarden verliezen en niets overhouden behalve verval, waanzin en dood.

Wie hier nog verder leest is een masochist. Gaat dit over alcohol? Alles wat ik doe en zeg en schrijf gaat over alcohol. Zoals Obelix in een ton met toverdrank is gevallen toen die nog heel klein was, zo ben ik uit een vat Duvel geboren. Ik ben grootgebracht uit het duivelselixer ( 'Die Elixire des Teufels,Theodor Amadeus Hoffmann 1776 - 1822, eerst gek gezopen en dan lazarus in zijn graf gesprongen). Over Hoffmann. Die 'Amadeus' heeft hij aan zijn naam toegevoegd uit bewondering voor Mozart, de eerste componist die de waanzin op toneel en in de muziek bracht en laten we eerlijk zijn, ook kapotgezopen.

Toen ik zeventien was bezocht ik als bij toeval de kathedraal van Orvieto in Umbrië. In de rechtervleugel van die - overigens prachtige - kerk heb ik de meest onverwachte paradox uit mijn leven kunnen aanschouwen. Ik stond daar plotseling en geheel onvoorbereid oog in oog met het meest monumentale en overweldigende pornografische werk dat ik ooit heb kunnen zien: de apocalypse! Onwaarschijnlijk dergelijke indringende, door en door decadente taferelen in een kerk aan te treffen. Achteraf heb ik vernomen dat het gigantische fresco stichtend bedoeld was om de mensen af te schrikken voor wat hen te wachten stond in de hel als ze hun zonden zonder berouw bleven begaan. Nounou, ik zou zo getekend hebben voor de hel in tegenstelling tot die hemelse verveling aanschouwelijk gemaakt aan de linkervleugel van de kathedraal. Ik was verkocht en voorgoed verknocht aan verval, dood en verderf. Ik heb mij er in gespecialiseerd. Ik weet alles af van wat nutteloos is en geen hond interesseert.

Toen ik eenentwintig was trad ik in de voetsporen van Emily Brontë, mijn lief in letteren, op dat moment al honderdvierentwintig jaar dood. Ik trok op pelgrimtocht naar Haworth haar geboortedorp op zoek naar de verdorven wind uit 'Wuthering Heights' ('De Woeste Hoogte'). Ik wou Heathcliff zijn, haar personage niet opgetrokken uit inkt maar uit ruwe, donkere granietblokken. Ik ben daar maanden blijven rondhangen. Ik heb haar huis gezien, de tafel waar ze haar boek schreef, en het bed waar ze over Heathcliff droomde. Emily Brontë is gestorven toen ze dertig was, tenonder gegaan aan haar passie voor de westenwind die immer raast over de moorlands van Yorkshire. Misschien is de ruwe, duistere en destructieve Heathcliff toch blijven leven. Misschien huist hij in mij en in mijn eeuwige zoektocht naar schoonheid. Het enige wat ik vind is waanzin.

copyright Dirk

De inhoud van deze pagina stond op de vorige website en is niet opgenomen in de structuur van de huidige. De zoekmachienes van Google verwijzen er nog naar en om geen dode links te hebben blijft ze beschikbaar gestoken in een nieuw kleedje.

Links op stoppen.